1. De lidstaten zorgen ervoor dat bestuurders van ondernemingen als bedoeld in artikel 2, lid 1, bij het vervullen van hun plicht om te handelen in het belang van de onderneming, rekening houden met de gevolgen van hun beslissingen voor duurzaamheidskwesties, met inbegrip van, waar van toepassing, de gevolgen voor mensenrechten, klimaatverandering en milieu, ook op korte, middellange en lange termijn.
2. De lidstaten zorgen ervoor dat hun wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen inzake verzuim van de plichten van bestuurders ook van toepassing zijn op de bepalingen van dit artikel.